Ik heb geen groene vingers. Nu niet, nooit niet.
Ik hou niet van onkruid wieden, slijmerige slakken, composthopen en zand onder mijn nagels. Ik heb geen idee welke plant wel wat zon kan verdragen en welke struik snakt naar koele schaduw. Met wat moeite hou ik net die ene orchidee in mijn keuken in leven. En dan mag die nog van geluk spreken dat mijn moeder regelmatig de nodige zorgen toedient.
Onze niet al te grote stadstuin past dus perfect bij mij. Een tuin om lekker in te luieren, een zwembadje op te blazen en achteraan nog een leuk speelhuis met glijbaan en schommel. En natuurlijk zoveel mogelijk pioenen. Meer moet dat niet zijn. Dacht ik.
Dat was buiten de mannen in mijn gezin gerekend.
Manlief wou kippen, zoonlief een konijn. En een paar frambozenstruiken. En als we dan toch bezig zijn, graag ook nog worteltjes, sla, boontjes en prei, dat heb je ook nooit teveel. Of bosbessen, heerlijk!
Ik zag dat schone gazonneke al helemaal omgespit worden, ten voordele van de moestuin.
'Square feet gardening' bleek de toverformule te zijn voor ons probleempje. Het boek 'Je eigen groentetuin op 1m²' hielp ons een heel eind op weg.
We kochten 5 zandbakken en mijn mannen gingen naarstig aan de slag. De bakken werden gevuld met 'goeie grond', bij 'den boerenbond' werden in het voorjaar zaadjes en plantjes gehaald en bij de opa's om advies gevraagd.
En ik beken. Ik vind het heerlijk. De kinderen plukken verse aarbeien, frambozen en bosbessen. We eten af en toe verse sla of boontjes uit de tuin en kijken uit naar die ene aubergine die nu toch wel goed aan het groeien is.
En ik beken nog meer. Ik wied geen onkruid, woel niet met mijn handen door het zand en heb nog steeds geen idee hoe en wanneer er gezaaid en geplant moet worden.
Gelukkig hebben mijn mannen de smaak te pakken en genieten ze van hun gezamelijk project. En ik... ik doe wat ik graag doe en glimlach bij het zien van zoveel geluk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten